Loterij

17 januari 2006

AP

Het vormt een wekelijks hoogtepuntje van de vrijdagavondrepetitie in het clubhuis. Sommigen vinden het oudbollig, voor mij is het een gevoel van thuiskomen. Gedurende het winterseizoen, wordt iedere week na afloop van de repetitie een loterij gehouden. Geen hippe, electronische loterij met plasma-schermen, dreunende muziekjes en dames met lange benen, maar gewoon een ouderwetse spruitjes-loterij. De reden is simpel: het levert iedere week de nodige knaken op en die zijn altijd welkom.

Het gevecht begint in de pauze van negen uur. Dan rent de sectie die deze week de lootjes (van vijftig eroucent per stuk) moet verkopen naar de kantine. Daar zitten de oud-Jubalgedienden die nooit te beroerd zijn om flink in de buidel te tasten. “Doe d’r maar tien”. Kijk, dat gaat lekker snel! Maar ja, als je te laat bent, verkoop je er nul. Kortom, de strijd barst los om zo maar niet met een vol lotenboekje terug te komen bij je sectionleader. Daarna begint er weer zo’n heerlijk ritueel. Alle verkochte lootjes worden uit het boekje gescheurd en tot kleine propjes opgevouwen.

En dan begint het. Na de –altijd te lange- mededelingen van de voorzitter begint het spektakel. Op de grote ronde tafel staan de prijzen al te glimmen en iedereen stalt z’n gekochte lootjes uit op bar, tafeltje of grond. Alleen bij dit moment krijg je het clubhuis stil. Want wie gaat er met de prijzen vandoor? Welke prijzen? Laten we met de populairste prijs beginnen: het bierpakket of de fles wijn. Als die prijs aan de beurt is dan lijkt iedereen het juiste nummer in z’n bezit te hebben. Het overige prijzenpakket is iedere week weer een verrassing. Alles is de afgelopen jaren al gepasseerd: senseo-koffiepad-houders, opblaasbare zeepbakjes, meekleurende theemokken, lichtgevende kerstmutsen, of een full- colour wegenkaart van Zuid-Afghanistan, handig als het daar weer wat veiliger wordt. Hoe gekker, hoe beter. Het inkoop-team slaagt er iedere week weer in.

In de loop der jaren hebben we al verschillende presentatoren gehad, de ene nog leuker dan de ander. Ze praten in ieder geval heel hard: “ZEVENHONDERACHTENDERTIG”, de reactie is altijd hetzelfde. Vanuit de zaal klinkt een keihard: “OEHHHHHHHHH”. Net niet dus, en zo gaat het een keer of tien. Lachen! Soms wordt er door de presentator een spannend verhaaltje verteld over de prijs: “Dit is een handige..... tja wat is het eigenlijk....”  Als de meest truttige prijzen aan de beurt zijn, heeft in één keer niemand dat lootje gekocht en “wordt er doorgedraaid.” Opvallend is dat veel gewonnen prijzen een week later weer blinken op de tafel.

De loterij zit vol met rituelen. Als de zoon, dochter, broer of zus van een bestuurslid of stafflid een prijs wint, dan wordt er steevast geroepen: “doorgestoken kaart.” Leuk wordt het natuurlijk als die Juballer die altijd een beetje stinkt naar zweet, een busje deo in de wacht sleept. Of die ander die steevast met een rode neus van de drank rondloopt, wint de Chateau Migraine. Ik geef toe, flauwer kan niet, maar leuk is het wel.

Jullie begrijpen het: ik vind die loterij helemaal top en ik hoop dat ‘ie nog lang in stand wordt gehouden. Ik hoop nog zo’n  “VIERHONDERDDRIEËNTWINTIG” jaar en....... het kan nog veel truttiger.

AP