Hard

19 mei 2006

AP

Ik geef het eerlijk toe: ik ben van de generatie “hoe harder hoe beter”. De gevleugelde uitspraak “een-Jan-pak-de-leuning-show” is volledig aan mij besteed. Vooral de drumcorps-jaren zeventig en tachtig waren wat dat betreft zalig. Weg met de dynamiek! Gewoon keihard blèren door die toeters en nóg harder beuken op de trommels, gecombineerd met simpele en duidelijke showfiguren… niets meer aan doen. Helaas, die tijden zijn voorbij. Tegenwoordig is het vooral “kicken voor gevorderden”. Akkoordje hier, hitje daar, onduidelijke drumsolo zus, wazige showfiguren zo. Men speelt geen bekende nummers meer met een bekende naam, maar alles heet tegenwoordig scene 1 tot en met zoveel (in Romeinse cijfers), passages of party’s.

Maar, nogmaals, het allerergste vind ik wel dat we ons tegenwoordig bijna moeten schamen als iets keihard de tribune wordt ingezwengeld. “Dat kan toch niet meer, dat is zoooo jaren zeventig…., “ is dan de reactie. Ik vind het wel mooi, het is ook de reden waarom ik weinig vreugde kan halen uit kleine corpsjes. Hoe goed ze ook zijn, hoe netjes alles eruit ziet, als het corps in kwestie mij niet omver weet te blazen, dan kom ik niet aan mijn trekken. Die kleine corpsjes moeten zich daar vooral niets van aantrekken (voordat de discussie weer losbarst), maar in mijn ogen is drumcorps alleen drumcorps als het overweldigend en massaal overkomt. Dat lukt vanaf een man of tachtig, negentig en 100+ ….

Gelukkig voorziet Jubal (80 man/vrouw, dus “krap aan” in mijn visie) dit jaar wel in mijn behoefte. De eerste klap is namelijk een daalder waard. Dat moet zo’n beetje de gedachte zijn geweest toen onze staff bezig was met het ontwerp van de nieuwe show. Kei-, maar dan ook echt keihard, is die eerste klap van de show. Heerlijk vind ik dat. Verder stikt het  van de snelle, harde nummers (sorry… scenes); dus het kan mijn goedkeuring wel dragen. Het eerste optreden op Koninginnedag was ook zo lekker: in die akoestiek van dat plein voor het stadhuis….. jammie!  Maar wat voor de één lekker is, is voor de ander “too much”. Grappig in dat kader is een discussie-site van de gemeente Dordrecht waar zeer spontaan diverse reacties over het optreden van Jubal op Koninginnedag zijn geplaatst.

En dat is lachen. Altijd leuk om de frisse blik van een “leek” waar te nemen, overigens niet alleen positief, blijkt wel uit de volgende reacties op die discussie-site: “Zaterdag stond ik op het Bagijnhof toen Jubal spelend voorbij kwam: wat een vreselijke herrie. Ik ben ervan overtuigd dat ze allemaal erg hun best deden. Maar voor mij was er geen melodie in te herkennen en qua decibellen verschrikkelijk hoog. Het lijkt wel hoe harder hoe mooier.” Leuk hé, nog zo’n reactie:  “Inderdaad, te Amerikaans, te hard, klinkt vals als je niet op een bepaalde afstand staat.” En nog eentje om mee af te sluiten: “Ook ik vond het niet geweldig, al ziet zo'n groot korps er wel indrukwekkend uit. Ik hoop dat ze meer verschillen gaan maken in dynamiek.” Tja, daar kunnen we het weer mee doen. Zit ik net een heel verhaal op te hangen dat ik kick op decibellen, hard en “weg met de dynamiek”, word ik terecht gewezen door “leken”….

Gelukkig zijn er ook mensen die het allemaal wél weten te waarderen. Even voor het evenwicht een paar positieve reacties: “Je hoeft Jubal niet leuk te vinden. Maar feit is dat er wel een melodie in zit en inderdaad, ze spelen lekker hard. Misschien ben je inderdaad a-muzikaal? Sommige nummers die ze spelen, zul je waarschijnlijk niet herkennen in het arrangement zoals zij dat spelen maar je gaat me toch niet wijsmaken dat je "sentimental journey" niet herkende?” En nog eentje: “Ik vond het echt super om te zien. Het lijkt wel of de dingen die ze spelen elk jaar creatiever worden. Juist de dynamieken in de muziek maken het voor mij heerlijk om naar te luisteren. En wat een verschil met andere muziekgroepen van deze stijl. Ik heb toevallig eens de 'eer' gehad om andere clubs te horen en zien, maar dat was saaaaai.” Gelukkig maar, er zijn ook mensen die op dezelfde lijn zitten.

Kortom: “hard” zal altijd een discussiepunt blijven. “Tradionele korpsen” moeten er meestal ook niets van hebben, die zeggen vaak: “drumcorps is alleen maar hard”.  Ik zeg dan op mijn beurt: prima en ik ben er trots op!!!

a.p.